Studenten vinden zich aanmerkelijk ondernemender dan studenten drie jaar geleden. Steeds meer studenten in het MBO, het HBO en het WO staan positief tegenover ondernemendheid. De wens om ondernemer te worden is in 2010 bijna het dubbele van 2007. Bij 62% van de studenten is ondernemerschap een tamelijk tot zeer belangrijk deel van de beroepswens. Dit blijkt uit de eenmeting naar Onderwijs en Ondernemerschap die EIM heeft uitgevoerd in opdracht van Agentschap NL.

Sinds de nulmeting, die in 2007 heeft plaatsgevonden, gaan studenten vaker op bedrijfsbezoek dan voorheen. Over het stimuleren van ondernemerschap op de onderwijsinstellingen zijn de studenten positief. Een ruime meerderheid van de studenten ziet mogelijkheden om aandacht te besteden aan ondernemerschap, zowel binnen als buiten het onderwijsprogramma. Voor wat betreft de faciliteiten voor studentondernemers valt nog een wereld te winnen. Ze zijn er over het algemeen slecht van op de hoogte of er daadwerkelijk faciliteiten op dit gebied voor ze zijn.

Verankering van ondernemerschap of ondernemend gedrag in het onderwijs komt vooral in het MBO, het HBO en het WO op gang. Daar waar het gaat om verankering binnen het onderwijsprogramma/curriculum is er een verschuiving zichtbaar van ‘helemaal niet’ naar ‘een klein beetje’. Hoe hoger het onderwijs hoe meer het bestuur betrokken is bij het stimuleren van ondernemerschap. De meerderheid van de scholen hebben ook een centraal aanspreekpunt op het gebied van het ondernemerschap. Aan de andere kant wordt er nauwelijks getoetst op competenties rond ondernemerschap afgezien in het HBO en het MBO. Het MBO en het HBO hebben in het algemeen een sterke relatie met het bedrijfsleven. Het aantal docenten dat contact heeft met het bedrijfsleven is toegenomen. Bij het MBO gaat het vooral om contacten met het MKB. De reden hiervoor is dat het MKB een groot deel van haar toekomstige werknemers zoekt in het MBO.