‘Optimale’ ondernemersratio afhankelijk van opleidingsniveau bevolking

12 december 2011

Ondernemerschap is voor steeds meer mensen een serieuze carrièreoptie. Denk bijvoorbeeld aan de recente trend van toenemende aantallen zzp’ers. Echter, macro-economisch gezien zou het niet goed zijn als iedereen ondernemer zou worden. Schaalvoordelen die in diverse bedrijfstakken belangrijke concurrentievoordelen opleveren, worden dan niet benut. Anderzijds kan een tekort aan ondernemers leiden tot een gebrek aan concurrentie en een gebrek aan prikkels tot innovatie.

Deze observaties roepen de vraag op of er zoiets bestaat als een ‘optimaal’ aantal ondernemers in een economie, het aantal ondernemers waarbij de macro-economische output gemaximaliseerd wordt. De schattingsresultaten van een door EIM en het Amsterdam Center for Entrepreneurship (ACE) uitgevoerd onderzoek laten zien dat een dergelijk optimum inderdaad bestaat. Verder laat het onderzoek zien dat hoe hoger het opleidingsniveau van de bevolking is, hoe minder ondernemers er idealiter zouden moeten zijn. Bij een hoger opgeleide bevolking hebben meer mensen de ondernemerskwaliteiten (‘span of control’) om een groter bedrijf te runnen. Bij gevolg zijn er gemiddeld meer ondernemers met grotere bedrijven zodat er minder ruimte is voor andere ondernemers.

In het onderzoek wordt een Cobb-Douglas productiefunctie geschat voor 19 OESO landen over de periode 1981-2006, waarbij het bruto binnenlands product van een land verklaard wordt uit de traditionele inputfactoren arbeid, kapitaal en kennis. Daarnaast wordt de ondernemersratio (het aantal ondernemers buiten de landbouw als percentage van de beroepsbevolking) als variabele opgenomen in het model. Hierbij tellen zowel ondernemers in bedrijven zonder rechtspersoonlijkheid (eenmanszaak, vennootschap onder firma, maatschap, commanditaire vennootschap) als directeur-grootaandeelhouders van besloten vennootschappen, mee als ondernemer. Als indicator van het opleidingsniveau van de bevolking wordt een maatstaf van de participatiegraad in het hoger onderwijs gebruikt.

Een implicatie van onze bevindingen is dat actief stimuleringsbeleid (bijvoorbeeld starterssubsidies) risico’s met zich meebrengt, vooral in landen die al relatief veel ondernemers hebben, en wanneer geen onderscheid naar opleidingsniveau wordt gemaakt. Zulk beleid kan individuen tot het ondernemerschap aantrekken die, macro-economisch gezien, productiever zouden zijn bij een baan in loondienst.

 


Voor inlichtingen: 079 322 22 00

The More Business Owners the Merrier? The Role of Tertiary Education

12 december 2011

Policy in developed countries is often based on the assumption that higher business ownership rates induce economic value. However, not everyone can be a business owner and many labour market participants would contribute more to economic value creation as an employee than a business owner. The implied existence of an ‘optimal’ business ownership rate would thus replace the dictum of ‘the more business owners, the merrier’. We attempt to establish whether there is such an optimal level, while investigating the role of tertiary education. Two findings stand out. First, by estimating extended versions of traditional Cobb Douglas production functions on a sample of 19 OECD countries over the period 1981-2006, we find indeed robust evidence of an optimal business ownership rate. Second, the optimal business ownership rate tends to decrease with participation rates in tertiary education.


 

Leave this field empty

Auteur(s): dr. A. J. van Stel, prof.dr. C.M. van Praag

Contact

Via onderstaande gegevens kunt u contact met ons opnemen. Als u op de hoogte wilt blijven van interessant nieuws, kunt u ons ook volgen op twitter en/of onze LinkedIn-pagina. Daarnaast hebben wij een grote bron van informatie over werk van Panteia op onze nieuws-pagina.

Postadres:
Postbus 7001
2701 AA Zoetermeer

tel: +31 (0)79 322 20 00
fax: +31 (0)79 322 21 01

e-mail: info@panteia.nl

Bezoekadres:
Bredewater 26
2715 CA Zoetermeer